etiket achter in de hals: Maison de Bonneterie Amsterdam. Den Haag.: merk C in kruissteek
: samen met koninklijk wapen
schenking 1982-02-29
inv.nr. KA 17874.1 in depot
z.g. "Norfolkpakje."
2-delig beige katoenen pakje; jasje, broekje met losse kraag en ceintuur.
JASJE over de borst en op de rug 2 verticale dubbel gestikte plooien; 2 opgestikte zakken en achter de linkerborstplooi en binnenzak; sluiting met 5 parelmoeren knopen, achter aan de hals een binnenknoopje voor bevestiging van het losse witte kraagje.
Achter in de hals een ETIKET met de Kon. Wapen en:
Maison de Bonneterie
Amsterdan. Den Haag.
En merk “C” in kruissteek
(“C” = Gijsbert Carel Cornelis Jan de Beaufort 27.12.1908, den Haag – juli 1971, USA)
Origin
De pakje behoorde tot een schenking van 17.2.1978 aan het Nederlands Kostuum Museum in Den Haag door Mevr. J.A: Zeldenrust-De Beaufort, Frankrijk en was afkomstig uit de nalatenschap van haar moeder Mevr. De Beaufort, wonende op het huis “De Treek” te Leusden.
De verschillende modehuizen verkochten naast dameskleding ook kinderkleding. De legendarische matrozenpakjes – oorspronkelijk afkomstig uit Engeland - waren in Nederland vanaf omstreeks 1875 tot 1960, met kleine tussenpozen, enorm populair geweest. Ze werden verkocht in verschillende soorten en kwaliteiten. Ook het getoonde Norfolkpakje, bestaande uit een jasje met ceintuur en twee plooien van hals naar zoom, met kniebroek, was lange tijd voor jongetjes populair. De matrozen- en Norfolkpakjes van de Bonneterie werden verkocht op de parterre, op de afdeling “Engelse jongeherenconfectie” en waren – vaak tot spijt van de kleine dragers – onverslijtbaar. ( Laura van Hasselt)
Catalogue text
Veel modehuizen verkochten naast dameskleding ook kinderkleding. Matrozenpakjes voor jongens - en later ook matrozenjurken voor meisjes - zijn van ongeveer 1875 tot 1960 met kleine tussenpozen in Nederland enorm populair geweest. Ze werden verkocht in verschillende soorten en kwaliteiten. Modehuis Gerzon liet zelfs een handelsmerk deponeren voor zijn matrozenpakjes: 'Koninklijke Marine Gerzon'. Dit kan gezien worden als een vroeg voorbeeld van Nederlandse merkkleding. Ook het zogenaamde Norfolk-pakje, bestaande uit een jasje met ceintuur en twee plooien van hals naar zoom, met kniebroek, was lange tijd voor jongetjes zeer gewild. Het pakje was een mini-uitvoering van het Engelse herenkostuum 'Norfolk'.
Maison de Bonneterie is een van de weinige grote modezaken die nog tot in 2014 heeft bestaan. Josef Cohen en Rosa Wittgenstein openden in 1889 in de Kalverstraat hun eerste winkel in manufacturen en gebreide goederen. Al snel werd het assortiment uitgebreid met luxe damesconfectie en kinderkleding. In 1909 werd een groot modemagazijn naar Frans voorbeeld geopend. De nieuwe zaak had iets sprookjesachtigs: de glas-in-lood koepel, ontelbare spiegels, honderden kristallen lampjes langs de etalages, kristallen kroonluchters en niet te vergeten de lift en maar liefst 32 paskamers! Op de afdelingen was geen kledingstuk te zien, op enkele vitrines na waarin een bijzondere avondjapon werd tentoongesteld. Alles hing in kasten. De klant kon plaatsnemen in een passalon om zich door een verkoopster enkele stukken te laten tonen.
De winkel richtte zich destijds op de meest welvarende burgerij, die niet zo zeer uit was op “haute couture”, maar op kwaliteit en degelijkheid. Kortom: een winkel voor de meer behoudende chique. Elke afdeling had een verander-atelier. Klanten kregen de garantie om bij de Bonneterie gekochte kleding jaarlijks te laten vermaken. Deftige families kwamen hier generatie na generatie hun garderobe samenstellen. Tijdens de jaren zestig was het voor de Bonneterie moeilijk overleven. Het interieur was meer dan tachtig jaar lang onveranderd gebleven. Een grote verbouwing droeg er toe bij voor een breder publiek toegankelijk te zijn. In de jaren tachtig is de winkel opnieuw gemoderniseerd en bloeide weer op. ( Annemarie den Dekker)