Toen Lodewijk XIV voor zijn kleinzoon Filips van Anjou de troonsopvolging in Spanje verwierf, organiseerde Willem III in 1701 voor de derde maal een algemeen verbond tegen Frankrijk. Hij had voor 1702 al een veldtocht uitgewerkt. (...) Deze kwam echter niet tot uitvoering. Op 4 maart ging de koning-stadhouder in de ziekelijke toestand die hem reeds lang op de dood had voorbereid, op jacht in het park te Hampton Court, zijn geliefde buitenverblijf, waarvan de Hollandse omgeving hem aan zijn geboortegrond herinnerde. Zijn paard trapte in een molshoop en struikelde, zodat Willem III viel en hij zijn schouder brak. Vijftien dagen later bezweek zijn uitgeput gestel aan koorts en ontsteking. De koning-stadhouder toonde op zijn ziekbed dezelfde bedaardheid, helderheid van geest en zelfbeheersing die zijn leven altijd hadden gekenmerkt. De aanhangers van Jacobus juichten, en brachten ook later nog dikwijls een toast uit op de kleine heer in zwart fluweel: de mol die de weg des konings had ondergraven. De geest van Willem III bleef in de Spaanse Successieoorlog leven. De legers waren door hem geoefend, de bevelhebbers waren zijn leerlingen. De staatslieden werkten in de geest van de koningstadhouder diens plannen uit. Waardig besloot Willem III een rij van vijf helden die in de geschiedenis nauwelijks hun weerga hebben.
De Spaanse Successieoorlog duurde van 1702 tot 1714. ( Dedalo G. Carasso)