signatuur/datering rechstboven: F. V. Mieris. Fec. Aº 1715.
legaat 1854-03-15
inv.nr. SA 7554 te zien in Rijksmuseum Amsterdam
Gezicht in een stenen venster op een kruidenierswinkel waar een jonge vrouw rozijnen afweegt voor een vrouw met een jongetje. In de winkel staan schappen met allerlei producten, op de vensterbank ligt een kaas. Onder de vensterbank een bas-reliëf met muziekmakende putti
Origin
Veiling David Teixeira, 's-Gravenhage (H. D. Loeff e.a.), 23 juli 1832, nr. 42, als Willem van Mieris, samen met pendant aan kunsthandelaar Albertus Brondgeest voor Adriaan van der Hoop; legaat aan de Stad Amsterdam, 1854; Museum Van der Hoop, 1854-1885; bruikleen aan Rijksmuseum, 1885-1975
In zijn jonge jaren schilderde Frans van Mieris II, kleinzoon van Frans van Mieris I, een serie doorkijkjes naar interieurs, waarin zich ambachtelijke taferelen afspelen. In twee van zijn schilderijen zijn een apotheek en een kruidenierswinkel afgebeeld. Ondanks de grote overeenkomsten kunnen de werken niet worden beschouwd als tegenhangers.
Adriaan van der Hoop verwierf de twee paneeltjes tamelijk aan het begin van zijn activiteiten als verzamelaar; hij kocht ze samen op een veiling in 1832 voor 1020 gulden als werk van Willem van Mieris, Frans’ vader. In de 19de-eeuwse kritiek op de fijnschilders moest vooral hij het ontgelden. Thoré, die het werk van Frans de Oude nog wel kon waarderen, had geen goed woord over de voorstellingen van ‘son fils dénaturé’ in het Museum van der Hoop: ‘Le tout, cru, froid, mince et bête au possible.’ ( Norbert Middelkoop)