Exhibition text
Een zonnige dag in de Oude Kerk. Vrome kerkgangers luisteren aandachtig naar de woorden van de predikant. Tot 1578 was dit gebouw gewijd aan Sint Nicolaas, de beschermheilige van de stad. Eenmaal in gereformeerde handen werden de katholieke beelden en altaren verwijderd. Alle aandacht was voortaan gericht op het nieuwe preekgestoelte, middenin de kerk. ( Laura van Hasselt)
Vanuit een gezichtspunt bij het zuidertransept toont Emanuel de Witte ons het interieur van de Oude Kerk naar het noorden. De schilder stond zich enkele vrijheden toe ten opzichte van de werkelijke architectuur. Zo liet hij de trekbalken in het noordertransept weg en ook de grote kaarsenkroon op de kruising van de dwarsbeuken met het middenschip, die het zicht op het orgel zou blokkeren. Alle weglatingen tezamen gunnen ons een onbelemmerde blik op het glasvenster, maar geven de toeschouwer ook een gevoel van ruimtelijkheid. Links in het middenschip staat een predikant op de kansel. Om hem heen zit een grote groep toehoorders. Een deftig geklede man, met naast zich een hond, staat achter de congregatie mee te luisteren. In een kerkbank rechts van de groep toehoorders zijn drie mannen in slaap gevallen. Geheel rechts komt een familie het beeld binnenwandelen. De Witte heeft de gezinsleden sterk benadrukt doordat juist het zonlicht op ze valt. Omdat ze bovendien nogal uitgewerkte, individuele gezichtstrekken vertonen, lijkt het gerechtvaardigd te vermoeden dat het hier om portretten gaat. Helaas is onbekend wie de geportretteerden zouden kunnen zijn. De Witte legde het interieur van de Oude Kerk meerdere malen vast. Ook schilderde hij, vanuit verschillende standpunten het noordertransept, met het in 1657 gemoderniseerde orgel. Mogelijk was dat de aanleiding voor de kerkmeesters van de Oude Kerk om het doek te verwerven.
Emanuel de Witte was een van de Nederlandse schilders die gespecialiseerd was in het schilderen van kerkinterieurs. Dat neemt niet weg dat biografen hem beschrijven als een moeilijke man, die slecht met zijn opdrachtgevers omging. Hij werd niettemin ook in zijn eigen tijd al geprezen om zijn kennis van het perspectief. Op dit schilderij heeft hij het éénpuntsperspectief toegepast, waarbij het verdwijnpunt ergens in de rechterwand van het noordertransept ligt. ( Tom van der Molen)
Catalogue text
In de kerkinterieurs uit zijn Amsterdamse jaren ging Emanuel de Witte voor zijn composities veelal uit van het éénpuntsperspectief. Hierbij is de blikrichting parallel aan het langschip of juist haaks erop, met de horizontalen van de architectuur parallel aan het beeldvlak. In de kerkmeesterskamer van de Oude Kerk bevonden zich sinds lange tijd twee forse interieurs van De Witte, die elkaar prachtig aanvullen. Het Interieur van de Oude Kerk naar het oosten (ca. 1655) is minder goed bewaard gebleven dan dit iets kleinere Interieur, een werk dat sinds 1964 als bruikleen in het Amsterdams Historisch Museum wordt getoond en in 2007 door de Stichting Oude Kerk is overgedragen aan het Instituut Collectie Nederland. Misleid door de signatuur rechtsonder heeft men lange tijd gedacht dat het hier ging om een werk van een onbekende kunstenaar uit 1734, totdat in 1876* De Witte’s signatuur en datering werden ontdekt. Het latere opschrift verwijst mogelijk naar een 18de-eeuwse restauratie.
De topografische details in het interieur zijn door De Witte aangepast aan de compositorische behoeften. De kunstenaar liet een vieringpijler rechts weg om zo het uitzicht niet te belemmeren, en ook verwijderde hij de trekbalken in het noordertransept, zodat onze blik voert tot op het glasvenster in de verte en het de gevel buiten. Toch wekt de voorstelling direct de sfeer van waarachtigheid; het godshuis is direct te herkennen. De Witte’s spel van licht en ruimte overtuigt des te meer omdat de mens zijn logische plaats in de architectuur inneemt en de toeschouwer als het ware wordt opgenomen in de voorstelling. Achter de toeschouwer valt direct zonlicht vanuit het zuiden door de hoge ramen naar binnen, waar het op de vloeren, pijlerts en muren reflecteert en zich mengt met het licht dat uit de andere ramen binnenkomt. De beweging naar links van de juist in het beeld gelopen familie wordt subtiel afgerond door de zittende hond en de modieus geklede man die we op de rug zien. Via hem wordt de blik van de toeschouwer geleid naar de op het eerste gezicht weinig opvallende predikant op de kansel. Het door hem verkondigde Woord van God stijgt moeiteloos op onder het magistrale gewelf, dat ten opzichte van de werkelijke situatie enigszins hoger is weergegeven. Het element van de preek is door meerderen in verband gebracht met de functie van geschilderde kerkinterieurs. In combinatie met de familie op de voorgrond en de herkomst van het doek mag dit Interieur van de Oude Kerk wellicht worden opgevat als een visuele aansporing tot contemplatie.
De Witte schilderde meerdere gezichten op het noordertransept van de Oude Kerk vanuit verschillende standpunten vanaf 1657, omstreeks welk jaar het kleine orgel was gemoderniseerd en opnieuw gedecoreerd. Het kan de aanleiding zijn geweest tot de opdracht van de kerkmeesters, mogelijk nadat de kunstenaar de compositie enkele malen had uitgeprobeerd. Ten opzichte van enkele eerdere Interieurs van de Oude Kerk vanuit hetzelfde standpunt laat het schilderij de laatste stap zien naar de volledige beheersing van ruimte en lichtweergave in verf. Daarbij dient zich nog een interessant detail aan: de vrome familie rechts, die op weg lijkt om de zich te voegen bij de menigte die naar de preek luistert. Vooral de man en vrouw vertonen dermate sterke individuele trekken dat het hier misschien om portretten gaat. Aangezien dit element het schilderij tot een uitzonderlijk werk in het oeuvre van de meester maakt, is het des te meer te hopen dat deze familie ooit nog eens zal worden geïdentificeerd. ( Norbert Middelkoop)
Catalogue AHM 1975/'79
"Het transept gezien van zuid naar noord .. Rechts .. aan een Kruisingspijler en epitaaf voor C.J. de Haan. In de achtergrond de glasschilderingen van de Mariakapel .. De groep rechts .. is in de 18de eeuw overgeschilderd " (Manke).
Het echtpaar rechts, met twee kinderen, zou m.i. zeer goed de opdrachtgever voor het schilderij geweest kunnen zijn. Manke vermeldt een kopie naar het linker gedeelte van het schilderij op veiling Amsterdam (F. Muller), 21 maart 1950, nr. 64, met afb., geveild als H. van Steenwijck (Manke, nr. 50 A). ( Albert Blankert)
Exhibition text
Op het schilderij luisteren vrome gereformeerde kerkgangers naar de predikant op de kansel.Emanuel de Witte werd geroemd om zijn grote kennis van perspectief, hetgeen ook in dit interieur tot uiting komt. Volgens een biograaf had de schilder veel meer kunnen bereiken met zijn kunst wanneer hij niet zo opvliegend van karakter was geweest. Menig potentieel opdrachtgever zou de werkplaats aan de schilder beledigd hebben verlaten. In de Oude Kerk liggen grafstenen die herinneringen oproepen aan tal van bekende Amsterdammers. Eén van hen is Pieter van Dam, overleden in 1706. Als ‘advokaat’ (secretaris-generaal) was hij de belangrijkste steun en toeverlaat van de directie van de Verenigde Oostindische Compagnie.
Exhibition text
Op het schilderij luisteren vrome gereformeerde kerkgangers naar de predikant op de kansel. Het is na de middag: het gefilterde zonlicht valt vanuit zuidwestelijke richting door de vensters naar binnen. De blikrichting is van het zuider- naar het noordertransept. Het kleine orgel was juist in 1658 vernieuwd en voorzien van beschilderde deuren. Emanuel de Witte werd geroemd om zijn grote kennis van perspectief, hetgeen ook in dit interieur tot uiting komt. Volgens een biograaf had de schilder veel meer kunnen bereiken met zijn kunst wanneer hij niet zo opvliegend van karakter was geweest. Menig potentieel opdrachtgever zou de werkplaats van de schilder beledigd hebben verlaten.
Interieur van de Oude Kerk, 1661
Emanuel de Witte (ca. 1617 - 1692)
Op het schilderij luisteren gereformeerde kerkgangers naar de predikant op de kansel. Het is na de middag: het gefilterde zonlicht valt vanuit zuidwestelijke richting door de vensters naar binnen. De blikrichting is van het zuider- naar het noordertransept. Emanuel de Witte werd geroemd om zijn grote kennis van perspectief, hetgeen ook in dit interieur tot uiting komt. Volgens een biograaf had de schilder veel meer kunnen bereiken met zijn kunst wanneer hij niet zo opvliegend van karakter was geweest. Menig potentieel opdrachtgever zou de werkplaats van de schilder beledigd hebben verlaten. Bruikleen Oude Kerk Amsterdam
De Oude Kerk die we hier zien, staat midden in de Rosse Buurt van Amsterdam en doet vandaag de dag dienst als kerk én cultureel centrum, waar diverse tentoonstellingen worden gehouden. En zo is dus in één van de oudste gebouwen van Amsterdam, een kerk, de afgelopen jaren de Pride Photo Award te zien: een internationale fotowedstrijd over seksuele- en genderdiversiteit.
De kerk verbindt religie en het LHBTI-leven met elkaar. Misschien niet iets wat de mensen die 350 jaar geleden zijn geschilderd zich konden voorstellen. Aan de andere kant... Vroeger dienden deze en andere kerken ook als ‘cruising-area’.
In de tijd van dit schilderij, 1661, bestond het woord 'homoseksualiteit' niet. Het begrip ‘de daad van Sodomie' werd gebruikt voor tegennatuurlijke zonden die niet genoemd mocht worden: homoseksuele handelingen. De term ‘Sodomie’ vindt zijn oorsprong in het Bijbelverhaal van Sodom en Gomorra. Deze oude steden werden door God verwoest omwille van de zonden van hun inwoners. ( Ellie Lust)