Tentoonstellingstekst
Dirck Jacobsz Bas (1569-1637) was koopman op de Oostzee en een van de oprichters van de VOC in 1602. Hij kwam oorspronkelijk uit Emden en vestigde zich, na verschillende studies aan Europese universiteiten, in Amsterdam. Van 1600 tot aan zijn dood was hij lid van de Vroedschap; ook was hij twaalfmaal burgemeester. Op het schilderij is hij afgebeeld samen met zijn tweede vrouw Margriet Snoeck (1588-1645) en hun vijf kinderen. Deze zijn in volgorde van leeftijd van links naar rechts opgesteld. Links, staande naast zijn vrouw Machteld, wijst schoonzoon Abraham de Visscher op hun zoon en Dirck Bas’ eerste kleinkind Abraham, geboren in 1633.
Dirck Jacobsz Bas (1569-1637) is twaalfmaal burgemeester van Amsterdam geweest. Hij werd geboren als balling in Emden. Nadat hij in Leiden, Heidelberg, Padua, Siena en Bazel had gestudeerd vestigde hij zich in Amsterdam, waar hij in 1600 al in de raad werd gekozen. Hij moet een goede diplomaat zijn geweest, want hij werd vaak als gezant naar het buitenland gezonden. Centraal op het schilderij zit Dirck Bas op een stoel, naast zijn
tweede vrouw Margriet Snoeck (1588-1645). Links staan Abraham de Visscher en zijn vrouw Machteld Bas, de dochter van Dirck. Voor hen staat hun zoontje met een hond. Achter Dirck Bas staat zijn oudste zoon Jacob Dircksz Bas. De jonge man op de rechter helft van het schilderij is de jongste zoon Nicolaes Bas, die niet lang nadat hij door Santvoort hier werd geportretteerd zou overlijden in La Rochelle tijdens een reis door Europa. Hij wordt geflankeerd door zijn zusters Agatha (links) en Lysbeth (rechts). Bij alle geportretteerden is er, boven in het schilderij, in de achttiende eeuw
een wapentje met een naam erbij geschilderd. Blijkbaar wist men toen al niet meer hoe het zoontje heette. Het is Abraham junior, die in 1633 werd geboren. Misschien is hij er enkele jaren later bij geschilderd.
Catalogus Kopstukken 2002-'03
Dirck Jacobszn Bas werd in ballingschap te Embden geboren en studeerde te Leiden, Heidelberg, Padua, Siena en Bazel, waar hij in 1593 promoveerde. Hij was een vooraanstaand koopman en in 1602 medeoprichter van de VOC. Sedert 1596 zat hij als schepen en sinds 1600 als raad in de Amsterdamse regering, waar hij twaalfmaal tot burgemeester werd benoemd. Zijn diplomatieke gaven kwamen tot uiting in de vele gezantschappen naar Engeland, Denemarken, Zweden en Rusland. De koning van Zweden benoemde Bas in 1616 tot ridder. Vanaf 1620 woonde hij aan de Kloveniersburgwal tegenover het Oost-Indisch Huis (nr. 45); 's zomers bewoonde het gezin Bas een buiten in de Bijlmer.
Op het door Santpoort geschilderde familieportret heeft Dirck Bas zich laten vereeuwigen als een pater familias, gezeten naast zijn tweede vrouw en omringd door zijn kinderen. Net als zijn vrouw draagt hij een ouderwetse, degelijke, met bont gevoerde mantel. De jongere garde daarentegen is gekleed volgens de allerlaatste mode.
Vermoedelijk hebben we hier te maken met een van de eerste grote portretopdrachten van de schilder, nadat hij het atelier van Hendrick Uylenburgh had verlaten. Hij beheerste de anatomie nog niet helemaal, zoals duidelijk is te zien aan de armpjes. Ook lijkt het alsof hij aan de linkerkant niet helemaal goed is uitgekomen met de ruimte, want geheel links staat Abraham de Visscher er wat tussengedrukt bij, terwijl rechts dochter Elisabeth geheel vrij staat. De kracht van de schilder ligt in de weergave van de kanten kragen van de jonge garde, die omstreeks 1635 hypermodern waren. De oudste zoon Jacob springt eruit door zijn opvallende, lichte kostuum.
Het schilderij is noch gesigneerd, noch gedateerd, maar het ontstaansjaar valt af te leiden uit de leeftijd van het jongetje op de voorgrond, dat ten tijde van de portretopdracht een jaar of twee moet zijn geweest. De datum ante quem is de overlijdensdatum van de jongste zoon, Nicolaes, die naast zijn vader staat en volgens familieaantekeningen in 1635 te La Rochelle zou zijn overleden tijdens zijn grand tour. Het is niet ondenkbaar dat zijn vertrek in 1635 de aanleiding is geweest tot het vervaardigen van dit schilderij. De jongste dochter Agatha, derde van rechts, geniet nu grote bekend door het portret dat Rembrandt in 1642 van haar schilderde, thans in Buckingham Palace te Londen.
Het schilderij behoorde tot een grote collectie familieportretten die teruggaat tot omstreeks 1540. Om de personen uit elkaar te kunnen houden, zijn in de achttiende eeuw de kleine wapentjes en banderolles met namen aangebracht. Toen was de voornaam van het jongetje al vergeten.
Tentoonstellingstekst
Dirck Jacobsz. Bas (1569-1637) was koopman op de Oostzee. Hij was een van de oprichters van de Verenigde Oost- Indische Compagnie in 1602Bas was zeer bereisd en had gestudeerd aan meerdere Europese universiteiten. Van 1600 tot aan zijn dood was hij lid van de Vroedschap; ook was hij twaalfmaal burgemeester. Op het schilderij is hij afgebeeld samen met zijn vrouw Margriet Snoeck (1588-1645) en hun vijf kinderen. Deze zijn in volgorde van leeftijd van links naar rechts opgesteld. Links, staande naast zijn vrouw Machteld, wijst schoonzoon Abraham de Visscher op hun zoon en Dirck Bas’ eerste kleinkind Abraham, geboren in 1633. Familiewapens benadrukken de sociale status van de geportretteerden. Dirck Santvoort was in de jaren dertig een veelgevraagd portretschilder. Hij woonde bij de familie Bas om de hoek.
De handel op de Oostzee, o.a. de import van graan, was voor veel Amsterdamse kooplieden de pijler van het bestaan. Dat gold ook voor Dirck Jacobsz Bas (1569-1637).
Hij nam in 1602 met 3.000 gulden deel in het kapitaal van de VOC; dat was de minimum inleg, vereist voor het bewindhebberschap. Dirck Bas werd in 1600 lid van de vroedschap. Vanaf 1610 tot zijn dood in 1637 was hij 13 maal burgemeester. Door zijn tweede huwelijk was hij geparenteerd met de familie Huydecoper, door het huwelijk van zijn dochter Machteld met de familie Coymans.
Catalogus AHM 1975/'79
Volgens cat. Rijksmuseum, waarin de voorgestelden afzonderlijk worden geïdentificeerd, geschilderd in of kort voor 1635.
Tentoonstellingstekst
Dirck Jacobsn Bas, een van de oprichters van de VOC, is vereeuwigd als een pater familias temidden van zijn gezin. Evenals zijn vrouw Margrita Snoecks (1588-1645) draagt hij ouderwetse en degelijke kleding. De jongere garde is gekleed volgens de laatste mode.
Het schilderij is een van de eerste grote portretopdrachten van Dirck Santvoort. Deze portettist blonk uit in de weergave van de modieuze kanten kragen, zoals hier gedragen door de dochters Machteld, Agatha en Elisabeth (v.l.n.r.). Naast Elisabeth staat de in licht kostuum gestoken zoon Jacob en geheel links schoonzoon Abraham de Visscher. Hij wijst naar zijn gelijknamige zoontje, op de voorgrond met de hond. Waarschijnlijk is de familie Bas in 1635 geschilderd. Toen vertrok Nicolaes, hier links naast zijn vader, voor zijn grand tour. Hij overleed nog hetzelfde jaar.
Dirck Jacobsz. Bas en zijn familie, ca.1634
Dirck Dircksz. Santvoort (1610-1680)
Dirck Jacobsz. Bas (1569-1637) was koopman op de Oostzee. Hij was een van de oprichters van de Verenigde Oost-Indische Compagnie in 1602. Bas was zeer bereisd en had aan meerdere Europese universiteiten gestudeerd. Van 1600 tot aan zijn dood was hij lid van de Vroedschap (het stadsbestuur) en hij was twaalfmaal burgemeester. Op het schilderij is hij afgebeeld samen met zijn vrouw Margriet Snoeck (1588-1645) en hun vijf kinderen. Deze zijn in volgorde van leeftijd van links naar rechts opgesteld. Dirck Santvoort was in de jaren dertig van de 16de eeuw een veelgevraagd portretschilder. Bruikleen Rijksmuseum, Amsterdam
Literatuur:
S.A.C. Dudok van Heel, ''Een bordt van de drie coningen daer haer vaders figuer in staet'': een vroeg portret van de familie Bas'', in: Amstelodamum : maandblad 82 (1995) p. 97-105