Man te halven lijve, half naar links, het haar op Bourgondische wijze gesneden, met tabberd en baret. Over zijn linker schouder draagt hij een bloedband, bestaande uit twee smalle rode banen, met een bredere zwarte daartussen, waarop het Amsterdamse andrieskruis in groepen van drie is aangebracht.
Herkomst
? Verzameling Jhr.mr. C.H. Backer, Amsterdam; aankoop van kunsthandel W. Paech, Amsterdam, 1930; bestemd voor het Politiemuseum; aldaar in foto; het schilderij in de kamer van de hoofdcommissaris van Politie
Links boven een wapen. Heet in de museuminventaris Gerrit van den Anxter voor te stellen, die schepen was in 1429. Daarbij noteerde men dat het stuk zeer lijkt op nr. 16 van ons cat.nr. 610, de serie portretten van voorouders van vaderszijde van Gerrit Pietersz. Schaep. Beide werken zouden dan kopieën zijn uit later tijd, met vermoedelijk daaraan aangepaste kleding en haardracht (brieven van het Iconografische Bureau, 1957 en 1965). Het schilderij is dus wellicht identiek met een door Moes vermeld anoniem portret van genoemde Gerrit van den Anxter ("oude copie"), dat zich in zijn tijd bij Jhr. C.H. Backer bevond.
De Balbian Verster meende dat Pieter Gerrits Bicker, die in 1534 schepen was, is afgebeeld: de naam Bicker ontleende deze aan zijn moeder Machteld Bicker, doch zijn vader was een Gerrit van den Anxter. Van Eeghen wees er echter op dat deze Pieter Bicker (met zijn vrouw afgebeeld op de bekende portretten van Maerten van Heemskerck in het Rijksmuseum, en op onze cat.nrs. 522 en 523, zie aldaar) een ander wapen voerde.
De Balbian Verster en Van Eeghen wijzen er terecht op dat het costuum duidelijk maakt dat het schilderij (ofwel het voorbeeld ervoor) in de jaren 1530 ontstond. Voorts draagt de voorgestelde over zijn linker schouder de "bloedband" - een met St. Andrieskruisjes bestikte rode reep, die de Amsterdamse schout, burgemeester en schepenen bij terechtstellingen plachten te dragen (De Balbian Verster, met verwijzing naar: H.J. Versteeg, Van Schout tot Hoofd-commissaris, Amsterdam 1925, met afbeeldingen van nog bewaarde bloedbanden). Ons schilderij toont aan dat deze band reeds in de jaren 1530 in zwang was: andere bronnen maken er pas melding van vanaf 1550 (Van Eeghen). ( Albert Blankert)